De
geschiedenis van de beroemde Mercedes-Benz 300 SL (W198) begon met de
succesvolle Mercedes-Benz W194 300 SL racewagen uit 1952 en de opvolger
hiervan, de roemruchte (W196S) 300 SLR uit 1955.
De W194 300
SL racewagen werd ontwikkeld op basis van de Mercedes-Benz W186 (300 S)
onder leiding van Mercedes-Benz race-ingenieur Rudolf Uhlenhaut. Om het
gemis aan motorvermogen ten opzichte van de concurrentie te compenseren
werd de W194 300 SL ultralicht gebouwd met gebruikmaking van een zeer
stijf 'spaceframe' waarop de aluminium carrosseriedelen werden
bevestigd.
De W194 300 SL bleek een schot in de roos, de racewagen was zeer
competitief en won vele races en andere zware snelheidsritten. Zo won de
W194 300 SL in 1952 de 24 uren van Le Mans, de Eifelrennen op de
Nürburgring en de Carrera Panamericana. Tijdens de eerste deelname aan
de Mille Miglia wisten deze Mercedes racewagens de tweede en de vierde
plaats te bemachtigen.
De W194 evolueerde naar de W196 racewagen in 1954. De volgende doorontwikkeling
resulteerde in de 300 SLR (W196S) die in 1955 het levenslicht zag en
waarvan er acht werden gebouwd. Het was met deze racewagen waarmee
Mercedes eeuwige roem vergaarde. In 1955 wisten coureur Stirling Moss en
navigator Alan Jenkinson de Mille Miglia te winnen met een nooit meer geëvenaarde
gemiddelde snelheid van 157.56 kilometer per uur!
Alle successen van de Mercedes-Benz 300 SL racewagen werden met genoegen
gevolgd door de Amerikaanse Mercedes-Benz importeur Max Hoffmann.
Hoffmann overtuigde de fabriek ervan dat een straatversie van de 300 SL
een groot commercieel succes zou kunnen worden in Amerika.
De fabriek nam deze uitdaging aan en in 1955 zag de 300 SL (W198) het
levenslicht. De technische constructie was grotendeels gelijk aan die
van de racewagen. Omdat de 'spaceframe' constructie ter hoogte van de
'dorpels' het gebruik van normale portieren uitsloot besloot men naar
boven openende 'vleugeldeuren' toe te passen, de unieke 'Gull wing' was
geboren. De instap over de brede dorpels was nog altijd niet ideaal,
vandaar dat er een omklapbaar stuurwiel werd toegepast om de instap in
de krappe 'cockpit' te vergemakkelijken. Niet alleen de vleugeldeuren
waren uniek voor de 300 SL, ook de toepassing van directe benzine
injectie was nog nooit eerder in een auto vertoond! In 1957 werd de 300
SL 'Gullwing' opgevolgd door de 300 SL roadster. Het stalen 'spaceframe'
was hiertoe versterkt en aangepast om kleine maar functionele normale
deuren toe te passen. Voor de roadster was een zeer fraaie hardtop
verkrijgbaar. De Mercedes 300 SL heeft er met name in Amerika voor
gezorgd dat Mercedes-Benz haar imago als bouwer van bezadigde en
degelijke luxe automobielen kon afstoffen. Men bouwde nu tenslotte ook
rasechte sportwagens!
Tussen 1954 en 1957 werden er 1400 300 SL 'Gullwings' (W198 I) gebouwd
en tussen 1957 en 1963 1858 300 SL (W198 II) roadsters. De Mercedes-Benz
300 SL is heden ten dage de meest begeerde Mercedes-Benz en een van de
grootste iconen in de automobielgeschiedenis.
Technische
gegevens
6 cilinder
lijnmotor
cilinderinhoud: 2996 cc.
Bosch directe benzine-injectie
vermogen: 215 DIN pk. bij 5800 tpm.
koppel: 274 Nm. bij 4600 tpm.
topsnelheid: 235, 250 of 260 km/u afhankelijk van de
gekozen eindoverbrenging.
Versnellingsbak: 4 versnellingen, handgeschakeld.
Remmen: bekrachtigde trommelremmen rondom
Gewicht: 1093 kg.
|