De Rover P6
is de opvolger van de Rover P4 en P5 en werd "auto van het jaar" in 1964. De P6 werd gebouwd tussen 1966 en
1977 en werd geleverd als 2000, 2200 SC (single carburetter) en TC (twin
carburetter) en als P6B. Deze P6B versie was voorzien van een aluminium
3500 cc V8 motor waarvan het ontwerp oorspronkelijk van Buick afkomstig
was. De P6 beschikte over een zeer ingenieuze wielophanging met een
"de Dion" achterasconstructie en een "anti-duik"
voorwielophanging met horizontaal geplaatste veren. De P6 had
bekrachtigde schijfremmen rondom en de achterste schijven waren tegen
het differentieel geplaatst om het onafgeveerde gewicht te verminderen.
Er was bij de ontwikkeling van de Rover P6 veel aandacht besteed aan de
actieve en passieve veiligheid van de auto; Het koetswerk bestond uit
een zeer sterke "base unit" waarop de buitenpanelen met bouten
werden aangebracht. Het interieur was voorzien van zachte vinyl
bekleding op alle plaatsen waar een inzittende tegenaan zou kunnen komen
in geval van een ongeval. De beruchte Amerikaanse
auto-veiligheids-goeroe Ralph Nader meldde, in de begin jaren zeventig,
dat autofabrikanten een voorbeeld moesten nemen aan de Rover P6
betreffende haar veiligheid.
De 3500 "S" is de handgeschakelde uitvoering. De P6B kon pas
vanaf 1972 worden geleverd met een handgeschakelde versnellingsbak omdat
er eerder eenvoudigweg geen versnellingsbak voorhanden was die het
enorme koppel van de V8 over kon brengen. De 3500 "S" beschikt
over licht gewijzigde motorcapaciteiten t.o.v. de automaat; de
"S" beschikt over ongeveer 8 pk. extra en een iets lager
koppel. De topsnelheid van de automaat is ca. 190 km/u. de "S"
haalt ruim 200 km/u.
Door de enorm goede wegligging en de enorme prestaties van de P6 3500
werd de auto in de jaren zeventig, in Groot Brittannië, ingezet als
politie auto en werd de auto "Jag-catcher" (Jag= Jaguar)
genoemd.
Technische
gegevens
V8 motor
2 S.U. carburateurs
cilinderinhoud: 3528 cc.
vermogen: 180 SAE pk. bij 5500 tpm.
koppel: 300 Nm. bij 3000 tpm.
|